"We waren even den bos in, we scharrelden wat in de tuin, we scheurden wat door Gent op ons nieuw rijwiel, maar nu zijn we er weer." Dat was de aanhef van mijn nieuwsbrief van 2 dagen terug. Geen luis die wist waarover ik het had, maar ik vond het wel goed klinken en ging er bovendien al lang eens over bloggen. Edoch: geen tijd. We waren namelijk eerst even den bos in, vervolgens scharrelden we wat in de tuin en ten slotte scheurden we door Gent op ons nieuw rijwiel.
1. Den bos in. Letterlijk. De paasvakantie bracht de familie GOEDvandoen in de bossen waar Louis XIV ooit de jachthoorn blies. De dagen waren zonnig en vol vertier.
(met dank aan Chicken Rhythm voor de knielappen, anders had u op mijn blote knieën moeten kijken) |
(de dochter exploreerde de natuur en al haar mogelijkheden) |
In het bos stond een hut, goed voor mens en milieu - ja, ook op vakantie slepen wij ons geweten mee -, waar Louis XIV hoogstens zijn paard op stal zou gezet hebben. Leuk was het daar, al waren de nachten erg koud, maar eveneens vol vertier.
2. Tuingescharrel. Onze oprit, die zag nogal grijs. Een erfenis van de vorige bewoners: klinkers à volonté, netjes in geometrische patronen op de oprit gebetonneerd, afgewisseld met buxushaagjes. Louis XIX zou goedkeurend geknikt hebben. Op een dag kon ik het niet meer aanzien. M., altijd hulpvaardig en daadkrachtig als geen ander, gooide nog geen uur nadien de klinkers eruit. Toen keken we uit op een lap naakte beton. Ook leuk. Een half jaar later deden we dat nog steeds. Zelfs M. wist met dat lapje oprit geen raad. En toen botsten we op Mier. "Turning grey into green" is hun slogan. Net wat we zochten. Straffe mannen. Ecologisten pur sang. We nodigden meneer Mier uit voor een bezoek en we wisten het meteen: dit is de messias die onze oprit komt redden. En dat deed hij. Kijk:
Zo begon het ongeveer:
Tegen het middaguur zag het er zo uit:
(3 kastanjehouten klimpalen, substraat en lavastenen) |
En in de vooravond groeiden er plots wel meer dan 100 plantjes tussen het gesteente:
(en waren er nog veel meer tussen gezaaid) |
Ongelooflijk schoon. Een oprit vol groen. Eetbaar groen dan nog. Je kan het zo gek niet bedenken of het groeit en bloeit daar. Bieslook, kamille, venkel, marjolein, rabarber, rozemarijn, salie, bonenkruid, tijm in alle soorten en geuren. Enfin, noem iets en ik vind het wel ergens terug. Aan de klimpalen groeien weldra bonen en druifjes. Wat een walhalla! Het wordt bovendien elke dag mooier. We rijden er met onze fietsen over en zelfs met onze auto* en elke keer krijg je er een heerlijke aromatherapie bovenop. Fantastisch.
3. Het rijwiel. Kort en bondig (dat is me niet altijd gegeven, maar u hebt al genoeg gescrolld): de bakfiets was 6 weken buiten gebruik wegens panne en dat was de perfecte aanleiding om ons fietsenpark uit te breiden met de Onderwaterfiets, die eigenlijk al lang in onze gespierde kuiten beet. Sjezen!
(* onze auto: die hebben we nog. Het autovasten was een geslaagd experiment, al heb ik op die 40 dagen tijd wel 2 maal gezondigd. Maar kom, die 2 ritten hadden perfect een cambiootje kunnen zijn. En toch... blijft die auto voorlopig nog op onze oprit geparkeerd. Met de nadruk op geparkeerd.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten