vrijdag 18 mei 2012

Brood en spelen in de keuken.

Wat heeft een mens meer nodig dan...




... spinazie, rucola, brood en koeken? Weinig! Echt, naar mijn beperkte inzichten zijn dat 4 uiterst belangrijke ingrediënten van het goede leven. Zeker als je er nauwelijks voor van je erf moet. 

Spinazie en rucola? Groeien weelderig in onze koude kas. Niets zo verkwikkend als een knapperig blaadje plukverse rucola of spinazie bij de thee, het aperitief, de boterham, de pasta, of zomaar omdat je toevallig langs de koude kas passeert. Alle eer aan M., die een cursus ecologisch moestuinieren volgt bij Velt en de theorie minutieus en glansrijk omzet naar de praktijk. Mijn rol beperkt zich tot af en toe goedkeurend knikken, de koude kas bij zon openzetten en bij regen dichtdoen. En de groenselen plukken en wassen en overlopend van liefde aan de huisgenoten serveren, natuurlijk. 

Brood? Groeit weelderig in onze oven. Weer alle eer aan M., die elk weekend een halve dag in de keuken spendeert, meel, gist, water, honing en allerlei zaden en pitten knedend tot geurige broden die je ruikt tot aan de bakker op de hoek. Mijn rol beperkt zich, alweer, tot goedkeurend knikken en de boterhammen smeren. Uiteraard eveneens overlopend van liefde. Brood bakken is simpel. Ik kan het weten, want ik deed het ook al eens. Meer nog: ik deed het het eerst, omdat het brood op was en ik toch niets anders omhanden had. En het was zo lekker dat M. besliste om voortaan enkel nog zelfgebakken brood te eten. M. rekent ook graag. En een zelfgebakken brood blijkt zowat 2€ goedkoper dan een gelijkaardig biobrood. Eureka, dacht M. en hij ontpopte zich tot weekendbakker. Meel kopen we via het Voedselteam, zonnebloempitten, sesamzaad en pompoenpitten via Voko. Hét recept vond ik bij Jamie:


en komt ongeveer neer op: 1kg meel naar keuze, 30g honing of rijststroop en 21g droge gist oplossen in 325ml lauw water. Kuil in de berg meel maken en water in de kuil gieten. Zachtjes met de vingertoppen mengen. Vervolgens nog eens 325ml lauw water toevoegen. Kneden maar, minimum 5 minuten. Laten rijzen tot het verdubbeld is, minstens 1u. Vervolgens terugslaan (dit doen de kinderen, eens keihard op het brood meppen, heerlijk vinden ze dat) en eventueel zaden/pitten/rozijnen in kneden.  Nog eens goed doorkneden, in 2 gelijke porties verdelen en er 2 mooie broodjes van maken. Nog eens laten rijzen tot verdubbeld en hopla, de oven in, op 220°. Jamie zegt 25 minuten. Ik zeg 40 minuten. Na 25 minuten vind ik het brood vanbinnen nog te nat. Maar het kan ook zijn dat onze oven geen 220° meer haalt. Beetje uittesten dus. 

Koeken? Die lijken hier in koekjestrommels te groeien. Alle eer aan mezelf. Sinds de No Impact Week struikelde ik meer dan me lief was over mijn eigenste koekenverslaving. Koeken kopen = namelijk in de meeste gevallen ook verpakking kopen. Mijn lievelingskoeken, spelt- en vanillewafels van de Bioplanet, zitten zelfs afzonderlijk verpakt. Degoutant. Dus, dacht ik, waarom niet zelf wafeltjes bakken? Alleen: ik bak nogal graag vegan, dus zonder eieren of melk. En vegan bewaarwafels, amai mon oeil, als iemand een goed recept heeft, ontvang ik dat graag. Verschillende experimenten, met recepten wijd en zijd gecollectioneerd, liepen uit op iets wat het niet moest zijn. Over naar plan B: zelf müslikoekjes maken, favoriet nummer 2. Ik baseerde me op het recept voor chocolate chip cookies uit Lisette in Luilekkerland, maar verving de chocolate chips door müsli, maakte het wat minder zoet en minder vettig. En yes, het resultaat was iets wat het heeeelemaal moest zijn. Een all-round, voedzaam, knapperig koekje, dat zo lekker wegknabbelt dat M. en ik er terstond een buikje van kregen. Maar dat nemen we er maar al te graag bij, geloof me. Ik deel het recept: 

Voor een 10tal koekjes heb je nodig (ik maak altijd meteen een dubbele portie, je kan ze rustig een dag of 3 bewaren in een afgesloten doosje):
- 225g gezeefd tarwemeel
- 1tl bakpoeder
- 40g rietsuiker
- 80ml rijststroop
- 80ml plantaardige olie
- 20ml sojamelk
- 125g müsli of rozijntjes of kokosrasp of chocolate chips of noten of een mengeling van vanalles, je kan er eigenlijk echt alles in kwijt
- verse vanillerap van 1 peul

Verwarm de oven op 180°. Meng meel, bakpoeder, vanille, suiker en müsli. Meng in een andere kom rijststroop, olie en sojamelk en roer dat mengsel door het meelmengsel. Goed doorkneden met de handen, bolletjes vormen en platdrukken tussen de handen, op de bakplaat leggen en goudbruin bakken, afhankelijk van hun grootte duurt dat een 20 tot 25-tal minuten. Als je ze uit de oven neem zijn ze nog vrij zacht. Ik leg ze dan meteen met een schep op een rooster en een 10-tal minuten later zijn ze zo krrrrrrrrokant als wat!

Terwijl M. en ik ons meer wel dan niet in de keuken bevinden, zetten we de kinderen aan het poetsen.


Ze doen dat goed. Soms mogen ze ook even spelen. En dan krijg je dit: 


een wormenhotel! Serieus! Zijn wij die kinderen nu aan het indoctrineren of wat?

dinsdag 1 mei 2012

bos tuin fiets.



"We waren even den bos in, we scharrelden wat in de tuin, we scheurden wat door Gent op ons nieuw rijwiel, maar nu zijn we er weer." Dat was de aanhef van mijn nieuwsbrief van 2 dagen terug. Geen luis die wist waarover ik het had, maar ik vond het wel goed klinken en ging er bovendien al lang eens over bloggen. Edoch: geen tijd. We waren namelijk eerst even den bos in, vervolgens scharrelden we wat in de tuin en ten slotte scheurden we door Gent op ons nieuw rijwiel.  
1. Den bos in. Letterlijk. De paasvakantie bracht de familie GOEDvandoen in de bossen waar Louis XIV ooit de jachthoorn blies. De dagen waren zonnig en vol vertier.

(met dank aan Chicken Rhythm voor de knielappen, anders had u op mijn blote knieën moeten kijken)

(de dochter exploreerde de natuur en al haar mogelijkheden)
In het bos stond een hut, goed voor mens en milieu - ja, ook op vakantie slepen wij ons geweten mee -, waar Louis XIV hoogstens zijn paard op stal zou gezet hebben. Leuk was het daar, al waren de nachten erg koud, maar eveneens vol vertier.



2. Tuingescharrel. Onze oprit, die zag nogal grijs. Een erfenis van de vorige bewoners: klinkers à volonté, netjes in geometrische patronen op de oprit gebetonneerd, afgewisseld met buxushaagjes. Louis XIX zou goedkeurend geknikt hebben. Op een dag kon ik het niet meer aanzien. M., altijd hulpvaardig en daadkrachtig als geen ander, gooide nog geen uur nadien de klinkers eruit. Toen keken we uit op een lap naakte beton. Ook leuk. Een half jaar later deden we dat nog steeds. Zelfs M. wist met dat lapje oprit geen raad. En toen botsten we op Mier. "Turning grey into green" is hun slogan. Net wat we zochten. Straffe mannen. Ecologisten pur sang. We nodigden meneer Mier uit voor een bezoek en we wisten het meteen: dit is de messias die onze oprit komt redden. En dat deed hij. Kijk:

Zo begon het ongeveer:


Tegen het middaguur zag het er zo uit: 

(3 kastanjehouten klimpalen, substraat en lavastenen)
En in de vooravond groeiden er plots wel meer dan 100 plantjes tussen het gesteente: 

(en waren er nog veel meer tussen gezaaid)

Ongelooflijk schoon. Een oprit vol groen. Eetbaar groen dan nog. Je kan het zo gek niet bedenken of het groeit en bloeit daar. Bieslook, kamille, venkel, marjolein, rabarber, rozemarijn, salie, bonenkruid, tijm in alle soorten en geuren. Enfin, noem iets en ik vind het wel ergens terug. Aan de klimpalen groeien weldra bonen en druifjes. Wat een walhalla! Het wordt bovendien elke dag mooier. We rijden er met onze fietsen over en zelfs met onze auto* en elke keer krijg je er een heerlijke aromatherapie bovenop. Fantastisch. 

3. Het rijwiel. Kort en bondig (dat is me niet altijd gegeven, maar u hebt al genoeg gescrolld): de bakfiets was 6 weken buiten gebruik wegens panne en dat was de perfecte aanleiding om ons fietsenpark uit te breiden met de Onderwaterfiets, die eigenlijk al lang in onze gespierde kuiten beet. Sjezen!  



(* onze auto: die hebben we nog. Het autovasten was een geslaagd experiment, al heb ik op die 40 dagen tijd wel 2 maal gezondigd. Maar kom, die 2 ritten hadden perfect een cambiootje kunnen zijn. En toch... blijft die auto voorlopig nog op onze oprit geparkeerd. Met de nadruk op geparkeerd.)